Het is een willekeurige zaterdagmiddag in mijn ouderlijk huis. De wijzers van het metalen klokje naast de tv geven aan dat het 17:42 uur is. Om 18:00 uur ga ik met mijn vader voetballen, toch zeker twintig minuten rijden hiervandaan. Mijn moeder mompelt iets van: “moeten jullie niet weg dan?”. Mijn vader en ik kijken aandachtig naar het schaatsen op tv en reageren niet op de vraag. “Begrijpt ze het dan niet”, denk ik terwijl mijn hart in mijn keel bonst. Voelt ze niet dezelfde spanning of wil ze gewoon graag haar favoriete tuinprogramma zien? Het is de laatste rit, het gaat om honderdsten. Tien minuten later zit ik zwijgend in de auto naast mijn vader met een glimlach op mijn lippen. Het voelt alsof ik zelf die medaille heb gewonnen.
Waarom kijk ik zo graag naar sport? Dat is een vraag die ik mezelf regelmatig stel, zeker tijdens de Olympische Spelen. Is het vanwege de nostalgie? De afgelopen jaren is Tamara ook (veel meer) sport gaan kijken. Ook zij lijkt het leuk te vinden maar nostalgie speelt bij haar nauwelijks een rol. Als kind keek zij weinig sport, ze zat hooguit op de tribune bij een tennistoernooi. Wat spreekt haar aan in het kijken van sport?
Met mijn handen voor mijn mond zit ik tv te kijken. In de laatste bocht onderuit en goud verliezen. Voor de vijfde en laatste keer op de Spelen. Geen geld hebben voor sportmateriaal. Een titel geprolongeerd. Voor de eerste keer op de Spelen. Doping? De verhalen zijn eindeloos en worden in mijn geheugen gegrift. Uit al die verhalen en ervaringen van sporters probeer ik inzichten te halen, die ik in mijn eigen leven kan gebruiken. Bijvoorbeeld in mijn zoektocht naar een zinvolle baan, levenshouding of de zin van het bestaan. Of is dit een verkapt excuus om de hele dag op de bank te zitten en naar sport te kijken in plaats van te solliciteren? Dan hoor ik Tamara op een avond praten over een reis die we willen maken naar Lapland. Het is alsof ik een interview direct na de wedstrijd hoor: “we moeten niet bezig zijn met het zien van het noorderlicht, maar gewoon genieten van de reis”.
Foto: Montréal, Canada; juli 2018
Die intro, geweldig. Zo herkenbaar.